Esther Berendsen nam dit jaar deel aan één van de clinics van Hunter-Jumper Equitation Holland en schreef er een artikel over voor Bit Magazine. Lees hieronder haar indruk over 'een lesje Amerikaans springen' of bekijk de PDF met foto's hier.
Springen in een tempo en op een hoogte waarbij jij je prettig voelt. Waarbij een fijn rondje in een mooie stijl het belangrijkste is en het paard zo min mogelijk gestoord wordt. Dat klinkt redacteur Esther als muziek in de oren. Dus ging ze met haar paard naar Nijkerk voor een Hunter-Jumper Equitation clinic.
De tekst op de website van Hunter Jumping Equitation Holland lijkt wel voor mij geschreven. Wij geloven dat er veel ruiters en amazones zijn die zich buitengesloten voelen door de wedstrijden die in Nederland verreden worden. Ruiters die wel willen springen, maar in een tempo dat ze prettig vinden of op een hoogte waarin ze zich comfortabel voelen. Er zijn veel ruiters die niet door het winstpuntensysteem gedwongen willen worden om door te stromen naar een hogere klasse. Voor hen zijn de Hunter-Jumper Equitation rubrieken ideaal!
Als amateur die weinig start voel ik me inderdaad soms wel een beetje een vreemde eend in de bijt op springwedstrijden. Tijdens het losrijden wordt al duidelijk dat ik de enige ben die ook weleens wat anders doet dan paardrijden. In de klasse B start bijna iedereen hors concoursen komt op het ene na het andere jonge paard de ring in. Efficiëntie lijkt het sleutelwoord: in zo’n kort mogelijke tijd zoveel mogelijk paarden starten. Niet bepaald het dagje uit dat het voor mij wel zou mogen zijn!
Koffie en patat
Het is één van de redenen dat ik eventingwedstrijden zo leuk vind. Dressuur, springen, de cross, onderweg koffie uit de thermoskan en natuurlijk een patatje op de goede afloop. Dat smaakt nergens lekkerder! Iedereen heeft tijd voor een praatje. En natuurlijk is het leuk om te winnen, maar de dag is echt niet minder geslaagd als je buiten de prijzen eindigt. Als je maar lekker gereden hebt.
Nu is crossen niet iets wat je het hele jaar door doet. En de basis is toch het ‘gewone’ springen. Aangezien Hunter Jumper Equitation Hollandserieus aan de weg timmert in Nederland wil ik wel eens ervaren hoe deze in Amerika zeer populaire tak van sport precies werkt.
How wonderfull
Op een woensdagmiddag meld ik me bij Manege Luxool in Nijkerk. Het is één van de locaties in Nederland waar de Amerikaanse Florence Wetzel clinics geeft aan Nederlandse ruiters en amazones. Vol Amerikaans enthousiasme word ik begroet door Patricia Motman, voorzitter van de stichting en organisator van de clinics. “Heeey Esther, how nice to meet you! And what a wonderfull horse you’ve brought!” Vervolgens is het wel de bedoeling dat ik snel op m’n paard spring, want mijn ‘clinic-genoot’ is al aan het rijden.
Eenmaal in de binnenbak vraagt Florence me al snel om aan te draven. Een paar keer verruimen op de lange zijde moet de paarden actief maken voor de volgende stap: balkjes draven in verlichte zit. Die zit lukt op zich wel, maar ik vind het wel lastig om mijn handen zo ver naar voren te plaatsen als Florence aangeeft. “Grab the mane”, is het advies, waarbij m’n handen ongeveer halverwege de manenkam uit moeten komen. Sturen doe je met je benen – alléén met je benen! Niet met je sporen, maarmet de binnenkant van je onderbenen. Lastig! Mijn handen moet ik gesloten houden, want met open handen kan je sneller je teugel verliezen of je hand blesseren op de nek van je paard.“You owe me a euro for every time I have to remember you!”, lacht Florence.Gelukkig is ze dat vergeten aan het einde van de les, anders werd het wel heel duur.
Vingers tellen
Na een paar keer over de balkjes is het tijd voor stap 2: rechtsom doordraven naar een klein hindernisje. Ook tussen de balkjes en de hindernis is de verlichte zit verplichte kost. Ook best een uitdaging. Gelukkig heb ik een heel braaf paard, want ook al doe ik voor m’n gevoel niks anders dan meeliften, hij springt altijd.
De volgende uitdaging: rechtdoor rijden na de hindernis. Da’s niet nieuw, hoewel Florence aangeeft dat hij niet zo snel mogelijk hoeft te draaien want er is geen barrage op tijd in de hunter- en equitationklasses. Volgens mij heeft het meer te maken met de (hele enge) spullen die in de hoek van de binnenmanege staan. En als je dan ook nog niks mag doen met de teugels… Allemaal smoesjes natuurlijk, dus Florence gaat zo staan dat ik om haar heen moet rijden. Ondertussen steekt ze ook nog een paar vingers in de lucht, die ik onder het rijden moet tellen. Anders kijk ik namelijk niet goed voor me. “You’re young enough, you must be able to see this!” “Uuuuhh zes?”. Ik geloof dat ik goed gegokt heb, maar ik zie het echt niet goed. Toch maar even bij de opticien langs dan…
Zoals Gerco
Dan gaan we verder met een lijntje, steil- oxer op drie galopsprongen. Dat mag vanuit draf, maar aangezien de verlichte zit in galop een stuk makkelijker is kies ik voor een rustig galopje. Ook nu weer is het de kunst om m’n paard recht te houden, ook na de sprong. Zonder handen, want die moeten nog steeds halverwege de manenkam zijn vanaf het moment dat het paard afzet. “Zo geef je je paard de gelegenheid om optimaal gebruik te maken van zijn lichaam. Zijn achterhand kan eronder komen en hij kan zijn hals helemaal uitschuiven.” Zoals Gerco Schröder zeg maar, die ze regelmatig als voorbeeld noemt van deze rijstijl. Alleen springt hij over hindernissen van 1,60 m., terwijl dit eerder 60 centimeter is… Nou ja, op zich kan het geen kwaad om alvast in de juiste houding te zitten. Alleen lijkt het me geen aanrader met een jong of minder betrouwbaar paard, aangezien je er dan al snel voorover af ligt.
Heel relaxed
Als we vervolgens een klein parcoursje springen, worden we aangemoedigd om tussendoor steeds een volte te rijden. Een trainingsmethode om paard en ruiter te leren om in een constant tempo te blijven.Dat voelt wel heel ontspannen, want dat mag niet van mijn instructeur op de rijvereniging. “Dat kun je op een wedstrijd ook niet doen!” zegt hij dan. Dat is misschien wel het grootste verschil: hier gaat het puur om de stijl. In de hunter- en equitation-rubrieken mag je ook geen extra voltes draaien, maar de lijnen zijn wel een stuk langer en een barrage op tijd is er sowieso niet.
Voor een paard is deze manier van springen wel heel ontspannen denk ik. Na de eerste frisheid werd die van mij in ieder geval héél relaxed. Bijna te, want in draf vallen voor de hindernis is natuurlijk ook weer niet de bedoeling. Maar geen onnodige druk, een stille, lichte zit en een zachte hand die altijd weg is op de sprong, dat moet wel prettig zijn. Voor mezelf is het echt wel even wennen. Niet dat ik altijd zo zwaar zit – ik hoor minstens tien keer per les ‘Zit op je kont!’ – maar dit is wel het andere uiterste. Het voelt alsof je weinig te zeggen hebt over je paard als je zo zit. Maar misschien is het een kwestie van wennen. Het was in ieder geval leuk om te proberen!
Patricia Bade van Motman: ‘Ik miste hier iets’
HJE Holland, oftewel Hunter-Jumper Equitation Holland, is in 2016 opgericht door de Amerikaanse Patricia Bade van Motman, die met haar familie in Soest woont, en Florence Wetzel uit Florida (USA). Florence komt regelmatig naar Nederland om de diverse clinics te verzorgen.
Patricia vertelt: “Het is eigenlijk begonnen met mijn dochter. Zij wilde gaan rijden, dus ik ging in de buurt van onze woonplaats op zoek naar een manege waar zij goed les kon krijgen. Maar dat bleek erg lastig! Ik werd er in ieder geval niet blij van en besloot dan zelf maar les te gaan geven. Voordat ik het wist had ik meerdere pony’s waarmee ik les gaf aan een heel groepje kinderen. Ook de wedstrijden die we in Amerika hebben miste ik hier. Daar zijn allerlei verschillende rubrieken, ook voor jongeren en 50-plussers bijvoorbeeld. Een wedstrijd bestaat uit meerdere onderdelen waardoor het echt een dagje uit is voor de hele familie.”
Patricia wilde de hunter- en equitationrubrieken introducteren in Nederland. Maar daarvoor moest veel gebeuren. Zo moeten er onder andere instructeurs en juryleden opgeleid worden. "Onze missie is om de hunter en equitationsport in Nederland te integreren. We leiden ruiters, trainers en juryleden op, inclusief certificering, en gaan concoursen organiseren. Springjuryleden in Nederland kijken vooral of de balk valt, maar voor deze rubrieken is echt veel meer nodig. Daarom ben ik begin dit jaar met zeven Nederlandse juryleden naar het World Equestrian Festival in Wellington, Florida, geweest om de hunter- en equitationrubrieken met eigen ogen te bekijken en deel te nemen aan een clinic voor juryleden. Inmiddels hebben we de eerste wedstrijden gehad, in Ermelo, Vragender en Nijkerkerveen. Aan het einde van het jaar wordt de 'End of the Year Bokal Trophy' uitgereikt. De deelnemers zijn stuk voor stuk enthousiast.”